Ik mag mijn kind niet zien, wat nu? 

Of er nu wel of geen (gezags-)co-ouderschap is: het contact tussen het kind en beide ouders moet voorzien worden.​ 

Zelfs bij exclusief ouderlijk gezag (= verblijfsregeling, kind woont bij 1 ouder die het ouderlijk gezag alleen uitoefent) - wat op zich uitzonderlijk is - heeft de andere ouder recht op persoonlijk contact (dit wordt omschreven in een omgangsregeling). Die regelingen staan beschreven in de ouderschapsovereenkomst, zie hiervoor fiche 

Ook al hebben jullie dus een verblijfsregeling die door de rechter is bekrachtigd, het gebeurt wel eens dat deze niet nageleefd wordt en één van de partners zijn kind niet kan/mag zien. Voor alle partijen een pijnlijke situatie.

Het is belangrijk om in de mate van het mogelijke deze situaties te voorkomen, en dat begint bij een goede ouderschapsovereenkomst, waar (evt. met een bemiddelaar) gezocht wordt naar een zo optimaal mogelijke verblijfsregeling waar alle partijen zich kunnen in vinden. Maar toch kan het fout lopen; mensen, omstandigheden kunnen veranderen waardoor het contact verbroken wordt.

Mogelijke oorzaken:

  • Je kind wil niet naar de jou komen 
  • De andere ouder wil niet dat het kind naar jou komt
  • De rechter legt een contactverbod op

Je kind wil niet naar jou komen 

Hoewel vaak anders gedacht mag een minderjarige nooit kiezen bij wie hij woont; dit kan slechts vanaf de leeftijd van 18 jaar. Ouders en/of rechter nemen deze beslissing die vastgelegd wordt in de ouderschapsovereenkomst. De minderjarige kan ook niet in beroep gaan tegen die beslissing. 

Tijdens de scheidingsprocedure kan hij wel gehoord worden door de familierechter: vanaf 12 jaar wordt hij automatisch op de hoogte bracht van het hoorrecht door een brief van de familierechter, waar de jongere al dan niet kan op ingaan. (zie fiche: "Heb ik ook iets te zeggen als mijn ouders scheiden?"), indien jonger dan 12 jaar wordt de jongere niet automatisch uitgenodigd, maar kan hij zelf aan de rechter vragen om gehoord te worden.

Nadat het vonnis is uitgesproken, kan er niets zomaar iets kan veranderd worden aan de omgangs- en verblijfsregeling. Dit leidt er soms toe dat jongeren drastische beslissingen nemen en niet meer naar een ouder toe willen. 

Je kan daar als ouder niet echt veel tegen doen. Je kan het wel laten vaststellen door de politie, maar een jongere tegen wil en dank op bezoek doen komen lost niets op, integendeel. Misschien kan een "afkoelingsperiode" soelaas brengen, een scheiding heeft immers een belangrijke weerslag op het leven van een jongere: die kan verdrietig, boos zijn, een schuldige zoeken, mogelijks wil hij net ontzettend goed zorg dragen voor de andere ouder en dit tonen door niet bij jou op bezoek te komen...  (Zie fiche: "Kinderen zijn loyaal. Wat betekent dat?"). Mogelijks is de breuk ook het gevolg van onenigheden, frustraties die al langer aansleepten en waar de scheiding nog bovenop komt.

Ruimte laten voor opening is dan heel belangrijk, veel meer dan onmiddellijk gerechtelijke stappen te zetten. Niet veroordelend naar de jongere, hoe pijnlijk de situatie voor jou ook is.  Hoewel moeilijk in te schatten of de beslissing om het contact te verbreken enkel van de jongere komt, loont het toch het proberen waard om met de andere ouder hierover in gesprek te gaan, en te kijken hoe deze aan de jongere het signaal kan geven dat het voor hem/haar OK is als de jongere naar de andere ouder gaat. Ook een bemiddelaar kan hier een rol spelen, zeker als het iemand die de jongere al kent van bij de eerste gesprekken rond de scheiding. Misschien kan en wil de jongere zijn verhaal wel kwijt aan die onafhankelijke professional.

Een laatste mogelijkheid is toch een nieuwe juridische procedure voor de Familierechtbank, eventueel eerst voor de Kamer van Minnelijke Schikking. De familierechter kan ook een (nieuw) sociaal onderzoek vragen door een justitie-assistent om te kijken welke omgangsregeling toch haalbaar is voor alle partijen.

De andere ouder wil niet dat jouw kind naar jou komt 

Een ander verhaal is het wanneer jouw ex-partner het kind bewust niet naar jou laat komen. Ouders hebben immers na scheiding wel de wettelijke plicht er voor te zorgen dat de omgangsregeling met de andere ouder correct opgevolgd wordt. 

Het is absoluut in het belang van het kind om de andere ouder niet zwart te maken, van beide kanten uit. In eerste instantie kan je jouw partner via een aangetekende brief laten weten dat je door de politie vaststellingen heb laten doen omdat omgangsregeling niet opgevolgd werd, en hem te wijzen op de wettelijke verplichting deze na te komen. Dit kan echter enkel als er een vonnis is waar de omgangsregeling in beschreven is.

Wanneer je geen reactie krijgt, kan je alsnog via de bemiddelaar proberen, maar vaak zaak enkel via een advocaat verder gewerkt kunnen worden. Het niet naleven van de omgangsregeling is immers een strafbaar feit waar een geldboete en/of een gevangenisstraf op staat.

Naast strafrechtelijke vervolging bij niet-naleving van het verblijf- of contactrecht zijn er ook andere sancties mogelijk, voorwaarde is echter wel dat er een rechterlijke beslissing was over de verblijfsregeling of het recht tot contact.

De rechter legt een contactverbod op 

​In zware vormen van vechtscheiding, familiaal geweld of misbruik kan de rechter een contactverbod opleggen aan een ouder waardoor deze zijn kind niet kan zien. De rechter handelt stelt immers de veiligheid van het kind prioritair. Gezien er echter ook het recht van het kind op het contact met zijn beide ouders bestaat, zal waar mogelijk wel gekeken worden in welke mate er toch een (minimaal) contact kan zijn onder begeleiding, in een neutrale bezoekruimte van het CAW of in het Huis.

Kortfilm Unspoken: over afstand, contact, en hoop!

Waar kan je terecht met je vragen hierover? 

Meer lezen? 

Deel dit artikel via